De mens hoopt op eeuwig leven en is bereid erin te geloven. Vanwaar komt toch dit verlangen?
Dat je wil blijven leven, is in de eerste plaats een biologisch gegeven. De natuur wil leven doorgeven en behouden want zo is het leven gecodeerd. Voor de natuur stopt het leven ook helemaal niet. Het gaat gewoon verder in welke vorm dan ook. Maar wanneer natuurlijk leven daarbovenop ook intelligent leven wordt, zelfbewust leven, en dus benul krijgt van eigen individualiteit, dan komt het inzicht sterfelijk te zijn te voorschijn.
Een conflict is geboren, want de natuur gaat uit van eeuwigheid en is ook eeuwig, terwijl het denkende zelf, het ego, weet heeft van eindigheid. Het is deze tegenstelling die bijdraagt tot het innerlijke menselijke conflict en onze zoektocht naar (wetenschappelijke) verklaring. Â
Zeg dus niet te snel: de mens is een religieus wezen dat de hemel ambieert. Zeg eerst: de mens is een biologisch wezen dat beseft tijdelijk te zijn en zich daartegen verzet. Niet geloof maar aanvaarding is hier de aangewezen houding.
Die aanvaarding leert de natuur en het dierenrijk ons. In onze meer oorspronkelijke laag; dat is ons dierlijk instinct, hebben we reeds lang 'geleerd' om het sterven te ondergaan als overgang ten voordele van ander leven. Wij sterven, ook vandaag nog, opdat een ander kan leven.
Er zijn geen wetenschappelijke aanwijzingen dat een menselijk individu na het uitdoven van het bewustzijn opnieuw met bewustzijn wordt bekleed. Dat zou je wel kunnen geloven. Maar dat de mensheid eeuwig leeft, afgezien van een kosmische of andere ramp, dat staat al vast.Â
Comments